Berichten

Wanneer schrijf je een getal in cijfers en wanneer in letters?

Wanneer schrijf je een getal in cijfers en wanneer in letters?

De regels op een rij:

In lopende zinnen schrijf je de volgende getallen voluit:

  • 1 tot 20
  • tientallen
  • honderdtallen
  • duizendtallen

Je schrijft getallen als cijfers als je schrijft over eenheden.
Eenheden zijn bijvoorbeeld kilo’s, euro’s en (centi)meters.

 

Voorbeelden

Je schrijft bijvoorbeeld:

“Ze heeft vier kinderen gekregen.”
“Tweehonderd mensen bezochten onze stand.”
“Van de dertien aanwezigen, meldden zich er drie af.”

Maar

“Ze liep 4 kilometer om thuis te komen.”
“Onze kat woog 8 kilo.”
“De lucht wordt 15 meter bovendaks uitgeblazen.”

ProTaal – Schepenstraat 86B – 3039 NM – Rotterdam – 010 – 465 77 75 – info@protaal.nl